Leve de stad. Leve het platteland!

Written by Gaby Vanhommerig on .

De verhouding tussen stad en platteland is actueel, zelfs in corona-tijd. Mensen in de stad hebben meer last van de lock down, hoe ‘intelligent’ die ook was. Ze ontvluchten de stad in het weekend, terwijl het Heuvelland voor dagtoeristen werd afgesloten. Dat leidde tot gemengde reacties. De wereldberoemde architect Rem Koolhaas opende vlak voor de crisis in in New York een tentoonstelling (Countryside, the future) over de verhouding stad-platteland.

Zoals ik al in mijn afstudeerscriptie in 2004 heb laten zien, zie ik Zuid-Limburg en de Duitse en Belgische grensregio als een bijzondere, ‘nieuwe stad’. Het is namelijk een landelijk gebied, omsloten door steden. En dat is volgens mij een ideale combinatie: de stad heeft veel te bieden en het platteland ook! Precies dat is waar het mij om gaat: we hoeven geen tweedeling te maken. Voorwaarde is dat er goede verbindingen zijn - op het platteland, in de stad en tussen stad en platteland. Nu is voor veel stedelingen het platteland een soort leeg gebied, waar voedsel voor de stad wordt geproduceerd. Het platteland biedt echter rust, schoonheid en ruimte. Ook in het kader van de klimaatbeheersing is het platteland van belang. Verbindingen maken het mogelijk dat mensen kunnen kiezen wat ze nodig hebben op een bepaald moment. Iedereen moet wat mij betreft de vrijheid hebben om zijn/haar leven bij elkaar te zappen.

Combinaties zoeken
En daarmee kom ik bij het onderwerp waar ik mij op concentreer: hoe leg je goede, duurzame verbindingen? Hoe maak je een transportsysteem dat het mensen mogelijk maakt om op een duurzame manier te zappen? Daarbij kun je niet uitgaan van een onbeschreven blad - je moet rekening houden met wat er al is. Dat vereist dat we de behoeften van mens en samenleving slim combineren: 

  • De individuele behoefte aan vervoer dat snel is en dichtbij beschikbaar; gemak dient de mens.
  • De maatschappelijke behoefte aan een innovatief transportsysteem; thema’s als gezondheid, eenzaamheid, klimaatontwikkeling en vergrijzing vragen om een transformatie van bestaande systemen.
  • Een afgestemde ruimtelijke inpassing; er moet rekening gehouden worden met de kwaliteiten van het gebied. 
  • Duurzame technologie is nodig om onze aarde en onze directe leefomgeving te beschermen. 

De bestaande systemen komen telkens maar aan één of maximaal twee van die behoeftes tegemoet: ofwel individueel gemak – de auto -, ofwel milieutechnische voordelen – de trein. De fiets combineert de behoeften nog het best, al is fietsen iets wat je bij voorkeur doet bij droog weer. Met die gegevens ben ik aan de slag gegaan. 

Stap voor stap
Als architect richt ik mij van nature op de ruimtelijke aspecten van een vraagstuk. En ik plan mijn denkbeelden op een bestaand gebied. De eerste stappen op weg naar een oplossing voor ‘mijn’ regio heb ik al bij mijn afstuderen gezet. Ik heb de ruimtelijke kwaliteiten geïnventariseerd en ben daarmee aan de slag gegaan. Op die manier kom ik tot oplossingen. Destijds gebruikte ik het raster van de bestaande spoorlijnen en de voormalige mijnspoorbanen. Zo heb ik duidelijk gemaakt dat Zuid-Limburg beter kan functioneren als er goede verbindingen worden gecreëerd in en tussen stad en platteland. Ik had en heb een realistische oplossing voor ogen. Daarvoor is nu het momentum, het besef is er dat het anders kan.

Studie
Ik zet dus mijn studie voort en stel daarbij vele vragen die beantwoord moeten worden: hoe leg je goede, duurzame verbindingen in een gebied dat al overvol is? Welke transitie is er nodig? Hoe maak je een transportsysteem dat het mensen mogelijk maakt om op een duurzame manier te zappen? Hoe speel je in op individueel gedrag en de behoefte aan maatwerk? Allemaal relevante vragen, waar ik oplossingsrichtingen voor zoek samen met anderen. Voel je je thuis op dit terrein en wil je hierover van gedachten wisselen? Graag! Laat het me weten – samen komen we verder.

Terug naar blog overzicht